Ga naar de inhoud
Diederik Steyaert Copyright Kjell Gryspeert

Diederik Steyaert uit Ruddervoorde zegt: “Veel lef heb ik niet. Ik volg gewoon de natuur.”

Verscheidenheid of biodiversiteit

Met natuur bedoelt Diederik verscheidenheid, zeg maar biodiversiteit. In die verscheidenheid zitten eenheid en  evenwicht. Als ik lef heb, is het omdat ik dat evenwicht doortrek tot buiten de natuur: in sociale contacten,  zowel met klanten als met zorgbehoevenden of met kinderen die hier komen brood bakken, in tijdsbesteding (ik heb een hectare afgestaan aan een beginnende tuinder), tot in de bedrijfsvoering toe want niet alle eieren mogen in één mand.

Bomen, heesters en meer

Wat de teeltwijze betreft – de boerenstiel zelf – beperken we bewust het areaal groente. Het moet plaats maken voor bomen en heesters, een permacultuur/agroforestry-systeem dus. Die zullen voeding (fruit) en brandhout (voor de bakoven) opleveren, maar ook bijdragen aan biodiversiteit en klimaatbeheersing. Vooral zorgen ze voor beter bodemleven, zowel ter plaatse als via compost.

Compost

Op dit moment maken we zo’n 300 kuub compost op basis van maaisel uit natuurgebieden, mest van twee paardjes, twee koeien, een zeug en haar biggen en vijftig kippen. Dank zij een bevriende buur en zijn keermachine kunnen we ’s zomers een composthoop rijp maken. We verdelen die over alle percelen, vanuit de principe dat compost geen toegift is voor de planten, maar dient om de grond levend te houden.

Gevolg: het humusgehalte stijgt voortdurend, het stikstofgehalte blijft laag. De groente die we telen, vaart er wel bij: in evenwicht!